Parkeren
Diverse parkeeronderwerpen: Een invalidenparkeerplaats is te herkennen aan een paal met het verkeersbord E6. Daaronder staat het kenteken van de auto. Het parkeervak is met een kruis gemarkeerd. Elke inwoner van de gemeente die in het bezit is van een landelijke invalidenparkeerkaart als bestuurder kan de invalidenparkeerplaats op kenteken aanvragen bij de gemeente. Een invalidenparkeerplaats op kenteken is een parkeerplaats waar uitsluitend de auto van een invalide met een bepaald kenteken mag parkeren. Invaliden zijn vaak slecht in staat om een grote afstand van hun auto naar hun woning te overbruggen. Een invalidenparkeerplaats op kenteken is een oplossing wanneer er op eigen terrein niet geparkeerd kan worden. Ook kan het zijn dat er binnen honderd meter door parkeerdruk herhaaldelijk geen plaats is. Om een invalide hierbij te helpen geeft de gemeente de invalide een invalidenparkeerplaats op kenteken dichtbij de woning.
Er zijn twee varianten van de gehandicaptenparkeerkaart: ( Een combinatie van beide (B/P) kan ook)
1. De bestuurderskaart (B)
2. De passagierskaart (P).
Invaliden die zelf een auto besturen kunnen een bestuurderskaart aanvragen. De aanvrager moet zelf een rijbewijs hebben. Hij of zij kan niet zelfstandig meer dan honderd meter afleggen. Dat moet tenminste een half jaar zo zijn. Bovendien moet de aanvrager een auto op naam hebben staan.
De passagierskaart is bedoeld voor invaliden die door andere mensen vervoerd worden. Voor passagiers geldt dat de aanvrager niet zelfstandig meer dan honderd meter te voet kan overbruggen. Bovendien heeft de aanvrager continu de hulp van een bestuurder nodig om van deur tot deur vervoerd te worden. Dat moet tenminste een half jaar zo zijn.
Invaliden die permanent rolstoelgebonden zijn of andere aantoonbare ernstige lichamelijke beperkingen hebben, kunnen beide parkeerkaarten aanvragen. Beide parkeerkaarten zijn persoonsgebonden en dus niet gebonden aan een voertuig. Gehandicaptenparkeerkaarten zijn geldig in alle landen van de Europese Unie.
Met beide kaarten kan een auto op een algemene invalidenparkeerplaats parkeren. De gemeente heeft speciale parkeerplaatsen aangelegd voor houders van gehandicaptenparkeerkaarten. Deze parkeerplaatsen bevinden zich vaak dichtbij voorzieningen. Auto’s met invaliden kunnen zo dicht bij de ingang van de voorziening parkeren. Houders van een gehandicaptenparkeerkaart mogen vaak ook parkeren op weggedeelten waar een parkeerverbod geldt. Bijvoorbeeld in woon- en winkelerven buiten de aangegeven vakken en in straten met een parkeerverbod. Voorwaarde is dat het verkeer niet in gevaar gebracht wordt. Parkeren bij een parkeermeter met een gehandicaptenparkeerkaart is in ongeveer de helft van de Nederlandse gemeenten gratis.
Een gehandicaptenparkeerkaart wordt aangevraagd bij de gemeente.
Benodigdheden:
- Naam en adres van de aanvrager
- Gegevens over het soort aanvraag (bestuurder of passagier)
- Gegevens over de invaliditeit
- Kopie rijbewijs
- Kopie kentekenbewijs
- 2 pasfoto’s
Voor de exacte regelgeving wordt verwezen naar ‘regeling gehandicaptenparkeerkaart.’ en naar je eigen gemeente.
Parkeerregels voor mensen met een handicap
Op veel plaatsen zijn er meer auto’s dan parkeerplaatsen. Zeker in (binnen)steden en drukke woonwijken. Het is voor veel mensen een sport om hun auto zo dicht mogelijk bij de supermarkt, het restaurant, de bioscoop of, in een drukke stadswijk, bij huis te parkeren. Voor anderen is dat vooral een noodzaak: als u niet goed ter been bent is het belangrijk dat u uw auto dicht bij uw bestemming kwijt kunt. Om te voorkomen dat u lange afstanden moet lopen, gelden er speciale parkeerregels voor u.
Rijdt u een aangepaste auto/motor of een gehandicaptenauto? Dan gelden de volgende parkeerregels:
- u mag maximaal drie uur buiten de parkeervakken op een woonerf parkeren;
- u mag maximaal drie uur parkeren op een plaats waar een parkeerverbod geldt;
- u mag maximaal drie uur parkeren langs een gele onderbroken streep.
U moet hierbij wel een parkeerschijf gebruiken en een gehandicaptenparkeerkaart tonen, duidelijk zichtbaar achter de voorruit! Verder mag u zonder parkeerschijf parkeren in een parkeerschijfzone en mag u zonder parkeerschijf parkeren op parkeerplaatsen die zijn voorzien van een blauwe streep. Ook dan moet duidelijk zichtbaar een gehandicaptenparkeerkaart achter de voorruit staan.
Staat er op de parkeerplaats een parkeermeter dan moet u meestal gewoon betalen. In sommige gemeenten mogen mensen met een handicap overal gratis parkeren. Op Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland kunt u zien welke gemeenten dit zijn.
Een gehandicaptenvoertuig (bijvoorbeeld een scootmobiel) mag u zonder parkeerschijf of gehandicaptenparkeerkaart parkeren op de stoep of het fietspad. Uitzonderingen zijn plaatsen voor vergunninghouders en plaatsen met een stopverbod.