Gehandicaptenvoertuig
Een gehandicaptenvoertuig is een drie- of vierwielig voertuig, speciaal ingericht voor mensen met een lichamelijke handicap. Een gehandicaptenvoertuig kan open of dicht zijn. Voorbeelden zijn scootmobielen en gehandicaptenauto’s.
Bromfietsen, brommobielen en auto’s zijn geen gehandicaptenvoertuigen, ook niet als ze zijn aangepast voor het gebruik door een gehandicapte.
Gehandicaptenvoertuigen mogen niet worden gebruikt door mensen die een gewoon vervoermiddel kunnen gebruiken. De voertuigen mogen niet langer zijn dan 3.50 m, niet breder dan 1.10 m en niet hoger dan 2.00 m.
Met een gehandicaptenvoertuig mag u op de rijbaan rijden (behalve op autosnelwegen), maar ook op het (brom)fietspad, de stoep en in voetgangersgebieden. Wanneer u tussen de voetgangers rijdt, moet u zich houden aan de regels voor voetgangers.
Wanneer u op het fietspad of op de weg rijdt, moet u zich houden aan de verkeersregels voor (brom)fietsers. De toegestane maximumsnelheid is 30 km per uur binnen de bebouwde kom en 40 km per uur buiten de bebouwde kom. U hebt geen rijbewijs of bromfietscertificaat nodig om in een gehandicaptenvoertuig te kunnen rijden. Voor een gehandicaptenvoertuig dat harder kan rijden dan 10 km per uur moet u ten minste 16 jaar of ouder zijn. Het voertuig moet zijn voorzien van een verzekeringsplaatje.De Stichting Kwaliteits-en Bruikbaarheidsonderzoek van Hulpmiddelen voor gehandicapten en ouderen geeft informatie over gehandicaptenvoertuigen. Voor een gehandicaptenvoertuig kunt u een vergoeding krijgen. Wie het voertuig vergoedt, is afhankelijk van de reden waarvoor u het voertuig gebruikt: privé (leefvervoer) of voor woonwerkvervoer.
Vergoeding van een gehandicaptenvoertuig
Een gehandicaptenvoertuig is een van de vervoersvoorzieningen waarvoor een vergoeding mogelijk is. Wie het voertuig vergoedt, is afhankelijk van de reden waarvoor u het voertuig gebruikt: privé (leefvervoer) of voor uw werk?
De gemeente is ervoor verantwoordelijk dat u in uw vrije tijd kunt reizen binnen uw regio. Bijvoorbeeld om boodschappen te doen, naar vrienden te gaan of een museum te bezoeken. Een gehandicaptenvoertuig is een van de voorzieningen die de gemeente u kan bieden. Bij veel gemeenten is het echter niet de eerste keuze. Vaak wordt collectief vervoer aangeboden (u wordt dan met een busje thuis opgehaald en naar uw bestemming gebracht). Gemeenten die zo’n collectief vervoersysteem hebben, hoeven u in principe geen andere vervoersvoorziening aan te bieden. De gemeente is echter wel verplicht om naar uw persoonlijke omstandigheden te kijken bij de keuze voor een voorziening.
De meeste gemeenten hebben een WVG-loket of een zorgloket waar u het gehandicaptenvoertuig kunt aanvragen. Over het algemeen geldt dat u alleen in aanmerking komt als:
- er in uw woonplaats geen collectief vervoer is, of
- u geen gebruik kunt maken van collectief vervoer, of
- u niet goed tegen temperatuurschommelingen of slecht weer kunt (bijvoorbeeld door ernstige hart- of longproblemen).
Welk soort gehandicaptenvoertuig voor u geschikt is, beoordeelt de gemeente. Daarvoor zijn wel wettelijke richtlijnen vastgesteld. Zo staat in de wet dat een scootmobiel alleen bedoeld is om binnen een afstand van 1 tot 1,5 kilometer rond uw woning boodschappen te doen, familie te bezoeken of andere alledaagse dingen te ondernemen.
De gemeente kan een gehandicaptenvoertuig in bruikleen geven, of kan u een bijdrage geven in de aanschafkosten. In het laatste geval koopt u dus zelf het voertuig en krijgt u een deel van de kosten terug.Hebt u een gehandicaptenvoertuig nodig om naar uw werk te gaan? Dan kunt u een vergoeding aanvragen bij het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen. Onder welke vestiging u valt, vindt u op de website. De vergoeding voor woonwerkvervoer is een reïntegratievoorziening.
bron: www.meegeldersepoort.nl