Stichting Intermobiel

Interview met Kenny over de rolstoelsport wheelen

'Er is een algemene tendens te zien dat mensen minder gaan sporten, dat geldt niet alleen voor minder validen.'
Kenny van Weeghel (25) is informaticastudent aan de Saxion Hogeschool in Enschede en woont op de campus tussen medestudenten. Op het eerste gezicht een gewone student zou je zeggen. In 2004 werd hij echter tijdens het jaarlijkse sportgala van de NOS benoemd tot beste gehandicapte sporter van het jaar. In zijn met trofeeën overladen kamer vertelt Kenny over zijn sport: het wheelen.

Snelheid
Als kind speelde Kenny thuis veel met ballen. Aangezien dat binnenshuis niet altijd zonder schade verliep, stelden zijn ouders voor dat Kenny op een sport zou gaan. Rond zijn 11e ging hij dan ook op rolstoelbasketbal. Hier bleek dat Kenny vooral veel snelheid had en wat minder vaardigheid had met de bal. Toen hij een jaar of 15 was, stapte hij over naar wegatletiek: hij deed voor het eerst mee aan een wedstrijd in Zwolle – zijn vader fietste mee. Tijdens een wedstrijd daarna, op één van de Waddeneilanden, besefte Kenny dat als hij met het wheelen verder wilde komen hij ook daadwerkelijk training nodig had; alles was immers nieuw.
Kenny op zijn wheel

 

Vooruitgang
Tien jaar geleden reed Kenny in een groepje waarin geprobeerd werd elkaar zoveel mogelijk af te troeven. Hij maakte een groeiproces door: hij werd steeds sneller en drong steeds meer door tot het ‘wereldje’. Toen hij tijdens het WK in Birmingham op de 100 meter in de finale kwam, ging Kenny serieus naar de toekomst kijken. Hij had toen nog niet kunnen vermoeden dat hij in 2004 bij de Paralympics een gouden medaille zou halen op de 400 meter, een zilveren op de 200 meter en een bronzen op de 100 meter.

Trainen
Op dit moment rijdt Kenny bijna geen wegwedstrijden meer. Dat zou hij eigenlijk wel moeten doen, want die zijn goed voor zijn conditie en zijn erg leuk om te doen. De baanwedstrijden doet hij in overleg met trainer John Jansen en bondscoach Noël van Tilburg. John is degene met wie Kenny het meeste contact heeft. Hij stelt ook de trainingsschema’s op, hoewel hij eigenlijk een baantrainer is voor loopwedstrijden. De technische kennis van het wheelen krijgt Kenny van Noël: hij heeft als valide ook gewheeled – hij weet dus waarover hij spreekt.

Verschillende klasses
Binnen het wheelen worden drie klasses onderscheiden: A (de hoogste klasse), B en C, waarbinnen verschillende afstanden worden gereden. Ook bestaat er een indeling in lichamelijke beperking. Hiervoor bestaat een vrij ingewikkelde waardering uitgedrukt in codes. Kenny heeft bijvoorbeeld de waardering ‘T54’ . Zo heeft een wheeler met waardering T53 een beperkt gebruik van de buikspieren en kan een sporter met T52 die spieren nog minder gebruiken, etc.

Een speciale rolstoel
Voor de wedstrijden heb je een speciale rolstoel nodig die erg duur is. Zo’n stoel koop je eigenlijk pas als je serieus gaat wheelen. Kenny leende dan ook eerst een rolstoel, kocht daarna een tweedehands exemplaar en kocht uiteindelijk een nieuwe rolstoel. Een wedstrijdstoel kun je niet voor iets anders gebruiken; deze is puur gericht op snelheid en is niet echt comfortabel.

 

Buitenlandse wheelers
Dat er geen Nederlandse wheelers zijn op zijn niveau vindt Kenny vrij demotiverend. Hij was zelfs bijna gestopt. Bij de wedstrijden komt hij meestal buitenlandse wheelers tegen. De meesten kent Kenny wel, vooral de wheelers uit Europa. “Het hangt van de persoon af hoe gezellig het is, sommigen zijn erg competitief. Als er een wedstrijd gereden wordt, zit iedereen in het zelfde hotel, dus je gaat ’s avonds wel wat drinken met elkaar.”

Een ander ‘wereldje’
Behalve met collega-wheelers trekt Kenny ook met hardlopers op. “Toch is er wel een zekere scheidslijn tussen de validen- en invalidensport. Ik sta wel buiten het valide sportwereldje. Ik train bijvoorbeeld vaak alleen, terwijl de lopers dat ook in groepen doen. Ik voel toch een soort drempel om daar zomaar aan mee te doen.” Kenny denkt dan ook dat het goed zou zijn als er wat meer integratie zou komen. “Daarvoor heeft het NOC NSF wel steeds meer aandacht”.

Weinig media-aandacht
Naast integratie zou ook meer media-aandacht voor de sport welkom zijn. Toen Kenny vorig jaar in Finland bij het WK Atletiek twee zilveren medailles behaalde, hoorde hij van familie dat dit niet eens werd vermeld in de media, zelfs niet in een programma zoals Studio Sport. “Ik denk niet dat de media hier evenveel aandacht aan hoeven besteden als aan validensport, maar nu wordt invalidensport toch niet echt serieus genomen. Ook hieraan zou het NOC NSF nog moeten werken. Bij grote wedstrijden staan de media namelijk onder regie van hun mediacoördinator.”

Mooiste momenten
Als mooiste sportmomenten noemt Kenny de marathon in Berlijn van 2001: 'Omdat ik dat een mooie prestatie vond, want ik ben eigenlijk een korte afstandsrijder. En daarnaast was het publiek echt fantastisch.' Ook het moment dat hij over de finish ging bij de 400 meter op de Paralympics is bij Kenny favoriet: 'dat had ik eigenlijk niet verwacht. De 400 meter is een lastige afstand, het is net te lang om de hele tijd te sprinten. Dat ik daarop goud haalde, was natuurlijk een hele leuke verassing.'  
Kenny tijdens de olympische spelen in athene in 2004

Wat kunnen we nog verwachten binnenkort?
Het afgelopen jaar was een beetje een sabbatical voor Kenny. Hij is nu zijn trainingen weer aan het oppakken. Het seizoen voor de wedstrijden is nog niet begonnen; dit vindt plaats tussen april en september. Één van Kenny’s doelen is om medailles te behalen bij het WK Atletiek in Assen in september van dit jaar. 'Het zou helemaal mooi zijn als ik daarbij een wereldrecord zou behalen. Dat mis ik nog in het rijtje.'

Geschreven door Mirjam Gloerich m.m.v Kenny
Voor meer informatie over Kenny of de sport wheelen bezoek zijn website

Steeds minder wheelers
Kenny constateert dat het in Nederland vrij slecht gesteld is wat betreft de wheelersport. “Ik denk dat daar verschillende redenen voor zijn. Op dit moment wordt er meer en meer aan handbiken gedaan. Handbiken is meer als fietsen, de inspanning is constanter, terwijl wheelen juist heel explosief is en een grotere belasting geeft voor polsen en schouders.” Ook denkt Kenny dat er te weinig is geïnvesteerd in de jeugd. “Er is een algemene tendens te zien dat mensen minder gaan sporten, dat geldt niet alleen voor minder validen.” Kenny ziet nog een derde reden voor de verminderde aandacht voor wheelen: “Het niveau van de aangepaste sporten wordt steeds hoger en omdat deze sporten een kleinere doelgroep hebben, worden de niveauverschillen tussen sporters steeds groter. Misschien dat dit beginners ook een beetje kan afschrikken.”
Kenny aan het wheelen