Veroni vertelt over het belang van medicijntraining bij haar hulphonden
‘Investeer tijd om te voorkomen dat je je hulphond verliest, doordat hij per ongeluk jouw medicijnen inneemt’ Veroni Steentjes (36) is initiatiefneemster en voorzitter van Stichting Intermobiel. Ze heeft sinds haar 12e Posttraumatische dystrofie en sinds haar 18e is ze daardoor bedlegerig. Ze woont sinds maart 2004 in een Fokuswoning in Arnhem. Ze heeft twee hulphonden in huis genaamd: Amor (10, met pensioen)en Stitch (2). Ze heeft een lat-relatie met Emile. Emile heeft haar hulphonden voor een zeer groot deel zelf getraind. |
Grote paniek Amor kreeg bij de dierenarts ook een injectie waar hij door zou moeten overgeven. Alleen deed hij dat daar ook niet. Wat zijn Cavalier King Charles Spaniel toch eigenwijs! Onderweg in de auto van Emile kotste hij wel alles eruit. We moesten Amor goed in de gaten houden. We moesten zorgen dat hij niet diep in slaap viel, omdat hij dan in een coma zou kunnen komen. Gelukkig is alles goed gekomen, maar als je zoiets heftigs mee hebt gemaakt weet je: dat wil ik nooit meer! Je hulphond is onvervangbaar. Hij zorgt voor je zelfstandigheid naast dat het je maatje is. Investeer er daarom tijd in om te voorkomen dat je je hulphond verliest, doordat hij per ongeluk jouw medicijn inneemt. Het is je eigen verantwoordelijkheid in het zorgen voor je hulphond. Hulphonden zijn net kinderen. De voorzorgmaatregelen die je voor kinderen in acht neemt met medicijnen gelden ook voor huisdieren en dus ook voor je hulphonden. |
Medicijntips
Voordat dit gebeurde, had ik er niet bij stil gestaan dat zoiets zou kunnen gebeuren en hoe verstrekkend de gevolgen kunnen zijn. Maar wat kun je doen om dit te voorkomen?
1. De eerste afspraak was medicijnen niet zo maar los bijvullen, maar het bijvullen moet aan de tafel gebeuren of aan het aanrecht. Dit om problemen te voorkomen en om zorgvuldig met medicijnen om te gaan.
2. Zorg dat de kast of doos met medicijnen dicht zit en dat de hulphond er niet bij kan komen.
3. Als de verzorging oude morfinepleisters weg gooit, vraag ik altijd of ze ze dicht willen doen met de inhoud naar binnen. Mocht hij dan niet goed weg zijn gegooid, dan is de kans minder groot dat hij aan de haren van de hond blijft zitten. Hierdoor is de kans kleiner dat ze een morfinepleister niet overleven.
4. We houden de medicijnen voor de neus van de hond. Zo kan hij de geur opnemen. Als hij er naar toe gaat of aan wil likken, kun je zeggen foei. Als ze er juist vanaf keren, beloon je de hond. Dit kan door je stem of door een koekje. Dit herhalen we met regelmaat om ze te trainen dat deze geur ‘foei’ is, dus dat ze er niet naar toe moeten gaan.
5. Je kunt af en toe de hond trainen door bijvoorbeeld een onschuldig voedingssupplement te laten vallen, zodat het niet zo erg is hij het opeet. Soms kun je een hond alleen goed trainen als hij juist iets fout doet. Als hij het wel opeet, kun je hem straffen door je stem of door hem naar de bench of de mat te sturen. Als hij er niet aanzit, kun je hem juist belonen.
Als hij er wel aanzat, train het dan kort daarna nog een keer om te kijken hoe het dan gaat. Het vraagt training en geduld.
6. Je hulphond kan ook medicijnen voorgeschreven krijgen door een dierenarts als hij zelf fysieke klachten heeft. Ook dan is het blijven trainen van belang. Het kan dan wel iets moeilijker worden dat ze niet aan je eigen medicijnen moeten komen. Toch kunnen ze de geur goed herkennen als je het met regelmaat traint. Amor en Stitch doen dat nu allebei erg goed.
7. Weet zelf ook welke medicijnen je slikt met welke dosis. Mocht er dan toch iets misgaan dat je hulphond een medicijn inneemt, dan kun je wel snel aan de dierenarts door geven wat hij heeft ingenomen met welke dosis. Een medicijnlijst uitdraaien kan handig zijn voor jezelf bij een acute situatie maar ook voor je hulphond mocht hij iets innemen, dan heb je de lijst bij de hand. Anders moet je wellicht eerst je pc aanzetten om het uit te printen of na te kijken.
8. Een (hulp)hond trainen heeft veel overeenkomsten met een kind opvoeden. Heb dus geduld, enthousiasme en volharding.
Voorzorgmaatregelen
Vaak reken je niet op het ergste, maar soms is het goed en nodig dat wel te doen, zodat je voorzorgmaatregelen kunt treffen. Ik kan zelf niet met de hulphond naar de dierenarts. Hieronder enkele maatregelen waar je wellicht iets aan kunt hebben.
1. Als je zelf niet met je hulphond naar de dierenarts kunt gaan, zorg dan dat je iemand hebt die bekend met je hulphond is en die weet waar de dierenarts zit. Er is dan iemand die met je hond naar de dierenarts kan gaan als hij een medicijn inneemt of gewoon als hij ineens erg ziek wordt.
2. Ik heb mijn dierenarts ook aangegeven dat ik er niet naar toe kan. In acute gevallen kan dus gekeken worden of zij naar mij toe kunnen komen, mocht het te lang duren voordat iemand bij me is die naar de dierenarts kan gaan. Als ik bel weten ze dat ik niet zelf naar hen toe kan komen. Ik hoef het niet eerst weer helemaal uit te leggen.
3. Leg het boekje van je hond altijd bij de hand, zodat het snel gepakt kan worden als er een acute situatie is.
Mocht je er zelf niet uitkomen, dan kun je natuurlijk altijd advies vragen aan je hulphondorganisatie of aan een ervaren hondentrainer.
Geschreven door Veroni Steentjes
juli 2012
Nog enkele foto's om de liefde voor de hulphonden en het ras Cavalier King Charles Spaniel te delen: