John
‘Ze laten me in mijn waarde op mijn huidige werk’
Dat werken met een handicap niet altijd even gemakkelijk is, ervaart John Garskamp (40) uit Gorinchem. Hij heeft op dat gebied tegenslagen moeten verwerken, maar laat zich niet uit het veld slaan. Daardoor heeft John nu eindelijk een werkgever gevonden die hem accepteert zoals hij is, te weten: licht spastisch. Toen zijn moeder zwanger van hem was, kreeg John te weinig zuurstof. Hierdoor zijn zijn hersenen niet goed ontwikkeld en heeft hij een lichte spastische aandoening aan de rechterkant. John vertelt: “Ik ben eigenlijk in twee werelden opgegroeid: zowel thuis bij mijn ouders als op de mytylschool in Utrecht. Dat was allemaal wel goed; ik had er geen problemen mee. Na de mytylschool ben ik naar de lagere agrarische school gegaan, eveneens in Utrecht. Ook dat was individueel onderwijs.” Op die school heeft John zijn diploma gehaald. |
Eigen huisje
Hij zegt dat de overgang van de mytylschool naar de maatschappij geleidelijk aan is geweest, doordat hij op die school heel vrij is. “Het heeft zeker wel geholpen. Anders was ik ook niet gekomen waar ik nu ben. Ik ben tevreden zo. Ik heb sinds drie jaar een eigen huisje. Het is voor het eerst dat ik op mezelf woon. Ik heb altijd samen met mijn oudste broer en mijn moeder gewoond. Het op mezelf wonen valt me reuze mee.” Eerder had John daar geen behoefte aan; het had niets met zijn beperking te maken.
Ingeburgerd
De Gorcumer vindt het gezellig om vrienden en kennissen te bezoeken. “Ook af en toe een kroegje pakken vind ik leuk. En op z’n tijd op vakantie gaan, uiteraard.” John heeft weinig contact met lotgenoten, omdat hij daar niet zoveel behoefte aan heeft. “Het is ook niet zo dat ik me schaam voor mijn beperking. Ik ben nu toch wel een beetje ingeburgerd bij de valide mensen met wie ik optrek. Althans, het kost mij niet zoveel moeite om daar tussen te komen. De mensen die ik ken, weten hoe ik ben; ik ben daar heel open over. Maar als ik in de stad loop of wat dan ook, dan weet ik dat mensen omkijken en me nakijken. Gelukkig kan ik het goed van me afzetten. Als ik dat niet doe, kan ik beter thuis in een hoekje gaan zitten.” Vroeger op school heeft hij geleerd om te gaan met deze situaties, er als het ware stoïcijns voor te zijn. Toen hij een jaar of vijftien was, zat hij in een praatgroep met medebewoners. “Die gaan je dan min of meer klaarstomen voor de maatschappij.”
Zwakke schakel
Het echte leven dus, inclusief werkgevers die nog wel eens moeilijk doen. Vooral kleine bedrijven kunnen dwarsliggen, maar John is niet het type dat zomaar over zich heen laat lopen. “Sommige bedrijven zien je als een soort zwakke schakel in de ploeg. Maar dan vertel ik wat ik wél kan en wat mijn kwaliteiten zijn. Alleen zwaar staand werk of loopwerk kan ik niet doen, dat is op een gegeven moment een belemmering.” Hij heeft wel eens werkgevers gehad die vroegen: ‘Een valide man haalt wel zoveel auto’s om te poetsen (John werkte toen bij een autopoetsbedrijf), waarom jij niet?’ “Dan moest ik het weer helemaal gaan uitleggen.
Wèl begrip
John werkt nu bij een bedrijf waar er wel degelijk begrip voor hem en zijn beperking wordt opgebracht. Hij werkt op een hoogbouwwerktruck. Dat wil zeggen: hij rijdt elke dag tussen de stellingen om pallets met producten eruit te halen en erin te doen. Dit is voor zeventig procent zittend werk. “Ik vind het zeker leuk om te doen. En ik heb bij dit bedrijf echt het gevoel dat ik sociaal betrokken word. Ze laten me in mijn waarde en ik moet zeggen dat ik enorm goed geholpen word. Ze hebben echt alle begrip voor me. Kijk, door mijn lichamelijke beperking heb ik een achterstand qua werktempo. Ik zal nooit het tempo kunnen evenaren van mijn collega’s. Sommige bedrijven zaten daar niet zo mee, maar andere wel. Ze zaten er altijd op te hameren bij een functioneringsgesprek. Dat irriteert dan wel eens.”
Andere aanpak
Om nog maar te zwijgen over de WW, waar hij een jaartje in heeft gezeten. “Da’s ook geen pretje, want dan moet je juist jezelf gaan presenteren, laten zien: ‘ik kan dit’. Bij een hoop bedrijven waar ik op gesprek ben geweest, was het oordeel eigenlijk al geveld als ze me aan zagen komen lopen op de parkeerplaats. Terwijl ze dan nog niet weten wat je capaciteiten zijn.” Bij het bedrijf waar hij nu werkt, hebben John en zijn werkgever het heel anders aangepakt. Toen hij nog in de WW zat, is John drie maanden op proef gaan werken met behoud van uitkering. Dat heeft geresulteerd in een contract. “Zo heb je echt een periode om te overbruggen, om te bewijzen dat je ook in dat wereldje past. Schitterend dat dat kon.”
Overwinningen
Het voelt voor hem als een overwinning. Daar kan John overigens nog meer voorbeelden van geven. Een van de mooiste, volgens hemzelf: dat hij heeft leren fietsen. “Vroeger reed ik met zijwieltjes; pas toen ik dertien, veertien jaar was, heb ik op een gewone fiets leren fietsen. Dat is me bijgebleven. Het voelde echt als een overwinning. Dat is met meer dingen het geval. Van de mytylschool naar een gewone school gaan, die tuinbouwschool dus, bijvoorbeeld. Want ik ben niet zo’n persoon die in een hokje geplaatst wil worden. Ik ben op de wereld gezet en wil graag leven tussen de mensen die ik om me heen heb.” Hij zoekt naar positieve dingen in het leven. Hoe dan? “Door naar mensen te luisteren, te lezen, dingen te ontdekken.”
Geen planner
Wat de toekomst voor hem in petto heeft, kan John niet voorspellen. Dat wíl hij trouwens ook helemaal niet. “Ik ben niet zo’n planner, stippel niet uit wat ik over tien jaar wil hebben bereikt. Ik pluk de dag en geniet ervan.”
Geschreven door Eline Lohman
Geredigeerd door Annelies Huisman