bij ons thuis 2
Consequent zijn is moeilijk door Barbara |
Consequent zijn is moeilijk
Opvoeden zal gemiddeld al niet makkelijk zijn maar als je een beperking hebt, zijn sommige dingen wat lastiger. Ik zet de kinderen op de trap als ze vervelend zijn. 1 minuut per jaar dus Laura 3 minuten, Daan 5. Om even af te koelen (zowel ik als de kinderen) maar ook dat ze even kunnen nadenken wat er nu niet goed is.
Alleen dat lukt me een paar keer, komen ze vaker terug dan wordt het al moeilijk. Op een dag dat ze hun oren in bed hebben laten liggen en dus niet op de trap blijven zitten zoals ik ze gezegd heb en ik eigenlijk dus steeds weer terug moet gaan om ze op de trap te zetten, winnen de kinderen nog altijd. Ik kan het gewoon niet voor elkaar krijgen om ze een keer of 5 weer terug te zetten.
Consequent zijn heet dat. Alleen ik vind het moeilijk om dat vol te houden omdat het lichamelijk niet altijd wil. Ik ben dan wel eens benieuwd welke oplossing de “Super Nanny” in zo’n situatie zou doen……….
Barbara
In mijn schuur staat een scootmobiel, maar ik rij er niet mee omdat het lichamelijk teveel van me vraagt. Nu heb ik sinds een paar dagen een elektrische rolstoel op proef, om te kijken of ik zo wel met regelmaat zelf naar buiten kan. Gisteren ben ik voor het eerst alleen erop uit geweest. De school staat hier heel dichtbij en ik ben dan ook voor het eerst naar school gereden in de elektrische rolstoel. Bij school aangekomen dacht ik wel even, al die starende moeders en kinderen, maar ik was dat alweer vergeten toen ik Rebecca zag. Wat was ze blij dat ik haar kwam halen, haar hele gezichtje straalde van trots. Tegen vriendinnetjes werd geroepen, kijk mijn moeder in de andere rolstoel en ze komt mij ophalen. Haar vriendinnetje ging ook mee, maar Rebecca zorgde er wel voor dat ze heel dicht bij me bleef lopen. Onderweg kwam ze een buurmeisje tegen en riep: “zie je dit is mijn moeder”. Zegt dat buurmeisje: “dat weet ik toch”. Zegt Rebecca weer: “maar niet dat dit de andere rolstoel is .” Ze was er zo vol van, zo blij en trots. Ik ben dan ook heel blij dat ik het gedaan heb, want ik heb mijn kleine meisje gisteren echt heel gelukkig en blij gemaakt.
Gerianne is nu ook wel een beetje blij dat ik de elektrische rolstoel heb staan, want ze vond het in de 1e instantie maar niets toen ze hoorde dat ik daar mee bezig was. Ze vond het zo gehandicapt staan. Maar nu hij er eenmaal is, vind ze het niet zo erg meer. Ze wilde zelfs dat ik haar vanmiddag naar school zou brengen, want de meester had pleinwacht en dan kon hij de rolstoel zien. Ik ben niet mee geweest, omdat het heel erg hard regende. Maar het is toch wel grappig, hoe ze nu de rolstoel er eenmaal is, het toch ook wel weer fijn vind dat ik mee naar buiten kan. Het is natuurlijk ook erg leuk en ik geniet er dan ook echt van.
Jo-Ann
Praten is heel belangrijk
Voor mij Yolanda, is het normaal dat Xandra er is en voor Xandra is het ook normaal dat ik haar moeder ben. En zo hoort het ook vind ik. Ik zie het als een voordeel dat Xandra in 2 werelden tegelijk opgroeit. Voor haar is "anders zijn" normaal. Het feit dat ik altijd pijn heb en soms van de pijn letterlijk niets meer kan is heel vervelend. Maar doordat het hier in huis bespreekbaar gehouden wordt en ik altijd eerlijk met Xandra overleg over andere mogelijkheden, maakt het voor haar redelijk overzichtelijk.
Wij doen hier in huis alles met de stem. Maar wel op normale toon, als er geschreeuwd word is het "wat zeg je? ik versta je niet, je praat zo hard" (Moet je opletten hoe je die dingen terug krijgt en terecht...) Het feit dat er weinig, maar duidelijke regels zijn maakt het voor Xandra overzichtelijk. En omdat ze weet dat ik echt serieus kan zijn en ook meen wat ik zeg, is soms 1 x waarschuwen genoeg. Soms werkt dat niet, want ook Xandra heeft haar nukken en haar buien van woede en onmacht, opstandig en schelden. Ik waarschuw dan 2 x en als ze nog niet stopt, moet ze 6 minuten nadenken. (want ze is zes jaar). Daarna gaan we samen praten over wat zij deed, wat zij ervan vond en wat ik ervan denk. Maar ook hoe het anders had gemoeten en zo proberen we er samen een oplossing in te vinden. Soms lukt dat en soms niet. Soms heeft zij het fout en soms ik. Als zij gelijk heeft, is het ook goed als ik tegen haar sorry zeg. Want daardoor leert ook zij haar ’fouten" toe te geven aan anderen.
Ook heb ik mezelf aangeleerd om een straf te bedenken die ik zelf ook kan nakomen. Maar ook een beloning, bedenk ik zo dat ik ze altijd zelf kan nakomen. En natuurlijk wijk ook ik van "regels" af en dan is het feest. Het belangrijkste vind ik door eigenlijk overal over te praten, want dat helpt om heel dicht tot elkaar te komen.
Yolanda
Daan wilde graag even met me praten, Laura is met papa mee en nu kan dat in alle rust. . . Dus ik ga samen met Daan even op de bank zitten om te kletsen. Het zat wel een beetje onwennig, want zo’n bank zit toch wel laag. Daan wilde weten hoe lang het nog duurt voor mijn been echt beter is. Want vraagt hij:“nu er een nieuwe heup in zit moet het toch wel goed komen, of niet mam?” Ik leg hem uit dat ze mama’s been toch heel veel pijn hebben gedaan, omdat de nieuwe heup heel diep in mijn been moest. Maar zeg ik hem gelukkig is de pijn nu bijna weg, dus het gaat de goede kant op. Ook dat het nog een paar weekjes duurt en dat ik dan weer naar de dokter moet. De dokter gaat dan een foto maken om te kijken of het echt goed gaat. En misschien mag ik dan daarna zonder krukken lopen en weer oefenen met de binnenfiets (zo noemen de kinderen de hometrainer). Zegt Daan heel lief: “Mam het zou geweldig mooi zijn hè als het nu echt klaar is met je heup. Dat heb jij wel verdient want jij hebt al zolang een zeer been, nu is iemand anders aan de beurt”. En welke mama smelt dan niet.........
Barbara
Opvoeden is niet makkelijk
Mijn naam is René Penders en ik ben 37 jaar. Ik ben getrouwd en heb 2 dochters één van 12 jaar en één van 10 jaar, ook is er nog een pleegkind van 3 jaar. Ik heb 7 jaar posttraumatieschedystrofie, dat is gekomen door het omzwikken van mijn linker enkel. Ze hebben in 2003 mijn linker been geamputeerd en in 2004 mijn rechterbeen, de dystrofie zit ook in mijn schouder, arm en hand. Niet alleen ik, maar ook mijn gezin heeft dus de laatste jaren veel meegemaakt.
Door de dystrofie heb ik veel pijn en daardoor ben ik erg moe en kan ik dus ook minder hebben. Dit heeft ook zijn uitwerking op het opvoeden van de kinderen. De kinderen weten dit en nemen dan ook een loopje met mij. Het opvoeden vind ik dan ook niet makkelijk en heel vermoeiend. De kinderen luisteren niet meer zo goed en vooral naar mij luisteren ze bijna niet en dat voelt niet prettig. Als ze het er niet mee eens zijn, zijn ze brutaal en geven ze een grote mond. Ook hebben ze bijna geen respect voor hun moeder, terwijl ze altijd voor hun klaar staat. De oudste heeft nu een leeftijd dat ze denkt dat ze meer kan en mag. Maar dat is natuurlijk niet zo, want er zijn regels hier in huis en daar moet ze zich aan houden. Als er wat is en ik moet ze straf geven, rennen ze gewoon van me weg en gaan gauw naar boven. Dat is heel vervelend,en voelt ook niet fijn, omdat ik niet naar boven kan. Maar ik vergeet het niet snel, dus als ze beneden komen, kom ik er wel op terug. We hebben voor de opvoeding veel hulp van hulpverleners gehad. Alleen doen die het via een boekje en dat werkte niet. Want toen ze weg waren ging het weer allemaal hetzelfde.
Vroeger voordat ik ziek werd, was het allemaal anders en ging ook de omgang met de kinderen ging het stukken beter. Gelukkig krijgen we nu een auto, waar de rolstoel in kan en nu kunnen we ook met zijn allen uit. Ik hoop dat we doordat we meer af en toe weg kunnen, iets kunnen ondernemen, de omgang met de kinderen beter word. Nu zijn de kinderen altijd thuis en vooral als iedereen weg is met vakantie vervelen ze zich heel erg. Als we zelf ook af en toe als gezin weg kunnen, hebben ze ook leuke dingen in de vakantie.
René